Workshop geeft je jeans tweede, of misschien wel derde, leven

De term ‘fast fashion’ komt steeds vaker voorbij en slaat op de snelheid waarmee kleding geproduceerd en geconsumeerd wordt. Een shirtje kost vaak maar een paar euro en gaat niet lang mee, zodat er weer volop gewinkeld moet worden. De waarde van kleding verdwijnt en daar wil Esther Hocks op 18 mei in het Annatheater wat aan doen. In haar gratis workshop ‘Een streep door Fast Fashion – Workshop denim’ geeft ze tips waarmee je jouw oude jeans een nieuw leven geeft.

Het thema kleding is veelomvattend, legt Hocks uit: “Ik heb altijd interesse in fashion gehad en wilde modeontwerpster worden. Toen ik op de Kunstacademie zat, ontdekte ik hoe vervuilend de mode-industrie eigenlijk is. Ook uitbuiting is een onderwerp dat vaak voorbijkomt als het om kleding gaat. De mensen die de kleren maken, worden vaak slecht betaald. Daar wil ik in het klein tegenwicht aan bieden met mijn workshop. Door langer met je kleding te doen spaar je het milieu en geld.”

Mensen kopen heel veel kleding die ze niet nodig hebben. “Je kunt al een T-shirt voor drie euro kopen, dus waarom er niet meteen vijf meenemen? Het kost toch bijna niets! Er wordt ontzettend veel kleding gemaakt die vervolgens niet gedragen wordt. Dat is zonde, want het vervaardigen van kleding kost veel energie en materiaal”, legt Hocks uit.

Opgelapt
Hocks zet zich ook met haar bedrijf ‘Opgelapt’ in voor hergebruik van kleding. Ze herstelt in opdracht kleding of maakt er nieuwe producten van: “Wat ik hoop te bereiken, is dat mensen minder snel op ‘bestel’ drukken als ze online shoppen. Je kunt kleding ook langer dragen en het een tweede leven geven. Dat kun je doen door het te herstellen bijvoorbeeld.”

Die saaie spijkerbroek met een vlek of gat erin kun je opknappen en mooier maken. Zo zorg je ervoor dat dat oude kledingstuk er weer mooi en modieus uitziet. “Hopelijk draagt mijn workshop eraan bij dat er meer bewustwording ontstaat rond de mode-industrie. Wat veel mensen niet weten, is dat deze industrie ontzettend vervuilend is. Bij verduurzaming denken mensen eraan om de auto vaker te laten staan of om minder vlees te eten. Ongeveer tien procent van alle vervuilende uitstoot komt van de fashionindustrie.”

Microplastics
Doordat er steeds minder gebruik gemaakt wordt van natuurlijke materialen als linnen en katoen, komen er meer microplastics in de lucht en in het water terecht. “Er wordt veel met synthetische materialen gewerkt waar plasticdeeltjes inzitten. Tijdens het wassen, komen deze microscopische deeltjes in het milieu terecht. Daar hebben niet alleen wij, maar ook planten en dieren last van. Vooral bij de eerste wasbeurten van nieuwe kleding komen veel plasticdeeltjes vrij. Dus hoe minder nieuwe kleding je koopt en hoe langer je met je kleding doet, hoe groter de milieuwinst”, legt Hocks uit.

Het ‘pimpen’ van kleding is erg leuk en geeft je oude kloffie een tweede leven. In haar workshop richt Hocks zich vooral op spijkerstof: “Je kunt een patch op je kleren zetten, maar in de workshop leer ik je hoe je visible mending toepast. Dat is een decoratieve techniek waarmee je je beschadigde kleren kunt herstellen. Je kunt ervoor kiezen om felle kleuren te gebruiken om je jeans te herstellen. Ook kun je patronen, slogans en bloemen aanbrengen.”

Borduren
Er is ook ruimte voor de Japanse hersteltechnieken boro en sashiko. Via deze traditionele borduurtechnieken kun je jouw oude kloffie langdurig blijven dragen en hoef je niets weg te gooien. Vroeger soms wel generaties lang! “Boro is vrij eenvoudig om te leren, terwijl sashiko wat lastiger is om onder de knie te krijgen. Tijdens de workshop leer je de fijne kneepjes van deze Japanse tradities. Iedereen is welkom om mee te doen. Je hoeft zeker geen ervaren borduurder te zijn om mee te doen”, verduidelijkt Hocks.

Naast het bieden van een gezellige middag hoopt Hocks dat de cursisten ook wat opsteken van haar workshop waarvoor nog maar een paar kaartjes beschikbaar zijn. “Mijn doel is onder andere dat jonge mensen beter nadenken over wat ze kopen en nagaan of ze het echt nodig hebben. Je hoeft niet per se wat nieuws te kopen, want er zijn ook tweedehands winkels en kringloopzaken waar je een leuke outfit kunt scoren. Ook kun je ervoor kiezen om kleding te ruilen met vriend(inn)en bijvoorbeeld.”

Ambassadeur
Hopelijk besluit een bezoeker zich als ambassadeur op te werpen voor milieuvriendelijke kleding. “Niet op een belerende toon, maar als toonbeeld van hoe je zonder veel geld uit te geven en door creatief te zijn, modieus kunt zijn. Je creëert een eigen stijl en zorgt voor een beter milieu. Daarnaast bespaar je geld en dat zal nooit uit de mode raken!”