Wilhelminaschool

Wilhelminaschool – Missie en Visie
De Wilhelminaschool heeft als identiteit: “bijzonder neutraal”.

Bijzonder, omdat iedere andere dan een openbare school “bijzonder” wordt genoemd.
Neutraal, omdat ons onderwijs niet gebaseerd is op een religie of een specifieke onderwijsfilosofie.

Onze missie daarbij luidt: “Met plezier samen en alleen leren”.

Vanuit deze missie komen wij tot de volgende visie:

“Bij het onderwijs op de Wilhelminaschool vormt de jaargroep de basis voor de kinderen. Binnen de mogelijkheden van de jaargroep draagt de school de zorg voor een zo optimaal mogelijk ontwikkelings- en leerproces van de individuele kinderen. Het belangrijkste doel in dat proces is dat de kinderen gezamenlijk én individueel vertrouwen opbouwen om zich te kunnen ontplooien en hun weg te kunnen vinden – ook na onze school – in de maatschappij.
Het welbevinden van de kinderen staat in dat proces centraal. Om dit te bereiken scheppen wij een kindvriendelijke en uitdagende omgeving. Binnen die omgeving van de school en de groep gaan wij met de kinderen en de ouders vervolgens uit van een sfeer van: samen leren en samen vieren, veilig zijn en veilig voelen, respect hebben voor elkaar, positief benaderen, gezamenlijk dragen van verantwoordelijkheid en open communicatie.”

Deze signatuur en visie vormen de basis voor het schoolplan 2011-2015 en het in ontwikkeling zijnde schoolplan 2015-2019 met betrekking tot het totale aanbod van de school. Tevens zorgen de signatuur en de visie voor een instroom van kinderen van binnen, maar zeker ook van buiten de wijk.

Kindvriendelijk

De Wilhelminaschool neemt kinderen serieus. In iedere groep en binnen de school is ruimte voor de eigen inbreng van de kinderen. Dat gebeurt o.a. door middel van kringgesprekken, individuele gesprekken, eigen teksten schrijven en meedenken over bijvoorbeeld de inrichting van het lokaal en de specifieke regels in de eigen groep.

Kinderen hebben – naast dat stukje eigen inbreng – tevens behoefte aan een duidelijke structuur en veiligheid. Per groep wordt daarom afgesproken – indien mogelijk in overleg met de kinderen – hoe zij met elkaar om dienen te gaan, zodat iedereen met plezier en een veilig gevoel naar school gaat.

In de dagelijkse praktijk legt de school bij deze omgangsregels het accent op het bevorderen van positief gedrag, door dat gedrag als goed voorbeeld te benadrukken.
Bij het bestrijden van negatief gedrag ligt de nadruk binnen de groep op het negeren en isoleren ervan. Dat betekent dat kinderen met negatief gedrag zoveel mogelijk buiten de groep individueel op dat gedrag aangesproken worden.

Er is een protocol ontwikkeld – gebaseerd op het Nationaal Onderwijsprotocol tegen pesten – om onverhoopt pestgedrag te voorkomen en/of aan te pakken. In de praktijk betekent dat in hoofdlijnen:
Het team ziet pesten als een probleem en gaat er van uit dat dit zeker door ouders/verzorgers wordt onderschreven.
Het team tracht pesten te voorkomen door er op school voor te zorgen dat kinderen zich veilig en gewaardeerd voelen én door regels vast te stellen.
Bij het signaleren van pesten maken wij gebruik van observaties en modellen.
Wij nemen stelling in tegen pesten, door tegen pestgedrag op te treden.
Wij richten ons op het voorkomen van pesten, dus de preventieve aanpak.
De school beschikt voor de ouders/verzorgers over een vertrouwenspersoon. De ouders/verzorgers kunnen hiermee contact opnemen, indien zij van mening zijn dat er op onjuiste wijze gebruik is gemaakt van bovenstaande of dat de aanpak geen resultaat heeft gehad.